vigileren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord vigileren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord vigileren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je vigileren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord vigileren is hier. De definitie van het woord vigileren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvigileren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • vi·gi·le·ren
  • uit het Frans [1]

vigileren [2]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vigileren
vigileerde
gevigileerd
zwak -d volledig
  1. wakker en waakzaam zijn
    • Toen de Franse legermacht eind juni de stad Utrecht binnenmarcheerde, waren de inundaties enkele tientallen kilometers verderop nog volop aan de gang. „Want de aerdt der Hollanders is soodanigh, dat als haer noodt en de periculen (gevaren) niet seer claer voor ogen comen, sy geensins gedisoneerd (aangezet) connen worden om naer behooren te vigileren (waken) voor haer eijgen securiteijt”, zo citeert Hoogendoorn een onbekende schrijver. [3] 
    • Vigileren, een Frans woord, misschien uit de Bourgondische tijd in de taal van de vissers ingedrongen. Het typeert hun geest van durf en voortvarendheid. Vigileren - er altoos op uit zijn het bedrijf te verbeteren, de zee te verkennen, waakzaam gespitst en gespannen. [4] 
56 % van de Nederlanders;
63 % van de Vlamingen.[5]