vijfvoud

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord vijfvoud. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord vijfvoud, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je vijfvoud in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord vijfvoud is hier. De definitie van het woord vijfvoud zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvijfvoud, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • vijf·voud
enkelvoud meervoud
naamwoord vijfvoud vijfvouden
verkleinwoord

het vijfvoudo

  1. vijfmaal het genoemde
    • En zo lopen ze donderdagmiddag met een flinke dossiertas het statige pand aan de Kneuterdijk in Den Haag binnen. Hun pleitnota hebben ze in vijfvoud uitgeprint. Goede voorbereiding is van belang. Niet alleen zullen ze hun standpunt moeten toelichten tegenover drie erudiete juristen van de Raad van State, ze nemen het ook nog eens op tegen een van ’s lands meest bekende strafpleiters. „Engel doet het woord”, zegt Wiersma. „Ik ben niet helemaal fit. Een griepje.”[2] 
97 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]