vishandel

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord vishandel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord vishandel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je vishandel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord vishandel is hier. De definitie van het woord vishandel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvishandel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

vishandel op straat
Uitspraak
Woordafbreking
  • vis·han·del
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vishandel vishandels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de vishandelm

  1. viswinkel of viskraam
    • Een inspecteur van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) bezoekt elke maand tientallen restaurants, toko’s, bakkerijen, slagerijen en vishandels.  

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.

Verwijzingen