visruim

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord visruim. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord visruim, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je visruim in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord visruim is hier. De definitie van het woord visruim zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvisruim, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • vis·ruim
enkelvoud meervoud
naamwoord visruim visruimen
verkleinwoord

het visruimo

  1. ruim van een vissersschip waarin men de gevangen, dode vis bewaart
    • De werf Lowyck is het enige nog resterende industriële scheepstimmermansbedrijf in België. De firma werd in 1962 opgericht door Alfons Lowyck -- Fonne in scheepskringen -- toen nog heel wat houten schepen werden gebouwd. Zelfs toen het staal langzaam maar zeker zijn intrede deed, moest nog veel hout worden verwerkt in het visruim, het logies, de wasruimte, de keuken, het dek en de brug. [2] 
78 % van de Nederlanders;
81 % van de Vlamingen.[3]