vogelzang

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord vogelzang. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord vogelzang, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je vogelzang in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord vogelzang is hier. De definitie van het woord vogelzang zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvogelzang, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • vo·gel·zang
enkelvoud meervoud
naamwoord vogelzang vogelzangen
verkleinwoord

de vogelzangm

  1. het geluid dat vogels maken
     De klinkende vogelzang, de pure verlatenheid in het bos, de onverstoorbaarheid van de rondom uitgestorte rust.[2]
     Er moest gekeken worden naar concreet bewijs, en omdat er geen consistente geluidsopnames waren van vogelzang op dezelfde plek en tijd, ontwikkelden de onderzoekers een nieuwe techniek. Door vogeltellingen van de afgelopen 25 jaar te combineren met een database van geluidsopnames van vogels, werden de voorjaarsochtenden nagebootst. Eindelijk kon nu dus geconcludeerd worden: lentes waren vroeger inderdaad luider en meer gevuld met gefluit van vogels.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot op Wikipedia, ISBN 9789028261396
  3. Bronlink geraadpleegd op 6 april 2022 Weblink bron
    Wouter Peer
    “Minder fluitende vogels in de lente? ‘Maar één lawaaipapegaai erbij en je hoort weer genoeg’” (04-11-2021), Tubantia