Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
voorschoot. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
voorschoot, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
voorschoot in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
voorschoot is hier. De definitie van het woord
voorschoot zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
voorschoot, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
voorschoot
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorschieten
- ... dat ik voorschoot.
- ... dat jij voorschoot.
- ... dat hij, zij, het voorschoot.
voorschoot m/o
- (kleding) lap stof die ter bescherming van andere kleding voor de schoot gebonden wordt
- Nu eerst vraagde ik: Lysje, wilt gy my hebben? -- Zy wierd rood tot over de ooren, hield de voorschoot voor de oogen, gaf my een hand, en zeide ja!
75 % |
van de Nederlanders;
|
84 % |
van de Vlamingen.
|
- ↑ Maria Muller. Uit het Hoogduitsch vertaals door J.F.N. te Westzaandam by H. vam Aken en te Amsteldam by J.F. Nieman 1901. In: Vaderlandsche letter-oefeningen of tijdschrift van kunsten en wetenschappen, Van der Kroe, 1802
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be