winkelpui

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord winkelpui. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord winkelpui, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je winkelpui in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord winkelpui is hier. De definitie van het woord winkelpui zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanwinkelpui, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
chique winkelpui Den-Haag
  • win·kel·pui
enkelvoud meervoud
naamwoord winkelpui winkelpuien
verkleinwoord

de winkelpuiv / m

  1. de gevel van een winkel vaak met grote etalage ramen en een ruime ingang
    • De auto van de burgemeester van Rucphen is in brand gestoken. Dat gebeurde in de nacht van zaterdag op zondag in Sint Willebrord. De BMW brandde helemaal uit en een winkelpui raakte beschadigd. [1] 
    • De bende gaat volgens Ten Tusscher zeer professioneel te werk. Meerdere vermomde daders verschaffen zich met brute kracht toegang tot de winkels en pakken heel snel een beperkt aantal topfietsen mee. Aan de Oldenzaalsestraat In Enschede bleven vannacht prijzige e-bikes en spinning-bikes onaangeroerd. “Onze winkelpui is al beveiligd tegen dit soort ramkraken, we hadden er ook een wagen voor staan. Ze hebben met een paar heel grote zwerfkeien aan de zijkant een schuifpui vernield.” [2] 
    • Vooral in krimpregio’s is veel leegstand, zoals hier in Groningen. De provincie heeft 138.046 m2 winkelruimte leegstaan. Dat levert beelden op van veel troosteloze, dichte winkelpuien. [3] 
94 % van de Nederlanders;
42 % van de Vlamingen.[4]