Geluid: gauwdief (hulp, bestand) gauw·dief samenstelling van gauw zn en dief zn de gauwdief m een handige, slinkse, behendige dief Een zoektocht...
(binnen een kort tijdsbestek) Delfgauw, algauw, giegauw, gulgauw, handjegauw gauwdief, gauwdiefstal, gauwdieverij, gauwerd, gauwheden, gauwig, gauwziekte,...
transactie De wethouder had een deal gemaakt met de vastgoedondernemer. Een gauwdief gaat aan een vroom en eerlijk man vragen om met hem een deal te sluiten...
2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3 dief op website: Etymologiebank.nl NRC Martin Kuiper 17 juni 2016 Suzanne Vermeer: All-inclusive 2008 www.dbnl...