Hoogduits

Hello, you have come here looking for the meaning of the word Hoogduits. In DICTIOUS you will not only get to know all the dictionary meanings for the word Hoogduits, but we will also tell you about its etymology, its characteristics and you will know how to say Hoogduits in singular and plural. Everything you need to know about the word Hoogduits you have here. The definition of the word Hoogduits will help you to be more precise and correct when speaking or writing your texts. Knowing the definition ofHoogduits, as well as those of other words, enriches your vocabulary and provides you with more and better linguistic resources.

Dutch

Alternative forms

Etymology

From hoog +‎ Duits, compare German Hochdeutsch, English High German.

Pronunciation

  • IPA(key): /ɦoːxˈdœy̯ts/, /ˈɦoːx.dœy̯ts/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: Hoog‧duits

Proper noun

Hoogduits n

  1. (dated) Standard High German (used especially when Duits was still sometimes used to mean “continental West Germanic)
  2. High German (languages and dialects that have undergone the High German consonant shift)
    • 1893, Theod. Stille, “Historische inleiding tot de Germaansche en Nederlandsche taalwetenschap”, in Het Belfort. Maandschrift gewijd aan Letteren, Kunst en Wetenschap., number 8, page 123:
      In ons overzicht der Germaansche talen (zie [..]) werd de Westgermaansche of Duitsche groep in twee afdeelingen gescheiden: in die eerste plaatsten wij het Nederduitsch, in de andere het Hoogduitsch.
      (please add an English translation of this quotation)
    • 1924, R. C. Boer, Oergermaansch handboek, 2nd edition, Haarlem: H. D. Tjeenk Willink & zoon, page 10 & 11:
      Het Oppersaksisch, Silezisch en Thüringsch worden bij het Hoogduitsch geplaatst en te samen met het zuidelijke Frankisch van het Opperduitsch als Middelduitsch onderscheiden.
      [...]
      Tot het zuid-wgerm. behooren het Opperduitsch (Beiersch en Alemansch) en het Middelduitsch (Middel-, Rijn- en Oostfrankisch benevens de oostelijke dialecten Thüringsch, Hessisch, Oppersaksisch, Silezisch).
      (please add an English translation of this quotation)

Synonyms

  • (Standard High German): Duits

Antonyms

(antonym(s) of High German):

Meronyms

(High German):

Derived terms

Adjective

Hoogduits (not comparable)

  1. High German
    • 1892, Theod. Stille, “Historische inleiding tot de Germaansche en Nederlandsche taalwetenschap”, in Het Belfort. Maandschrift gewijd aan Letteren, Kunst en Wetenschap., number 7, pages 384–388:
      Tot de West-Germaansche of Duitsche talen (het voorlaatste woord in den uitgebreidsten zin genomen) behooren :
      [...]
      B. Hoogduitsche talen.
      [...]
      1. Het Middelduitsch. Hiertoe rekenen wij het Silesisch, het Oppersaksisch, het Thuringsch en het Frankisch. Dit laatste wordt onderscheiden in Middelfrankisch en Opperfrankisch. Men herinnere zich, dat het Nederfrankisch to de Nederduitsche talen behoort. Het Opperfrankisch moet weer in Rijn- of Zuidfrankisch en Main- of Oostfrankisch gesplitst worden.
      2. Het Opper- of Zuidduitsch. Hiertoe behooren het Alemannisch [...] met het Zwabisch aan den eenen en het Beiersch aan den anderen kant.
      (please add an English translation of this quotation)

Declension

Declension of Hoogduits
uninflected Hoogduits
inflected Hoogduitse
comparative
positive
predicative/adverbial Hoogduits
indefinite m./f. sing. Hoogduitse
n. sing. Hoogduits
plural Hoogduitse
definite Hoogduitse
partitive Hoogduits

Holonyms