+ struik. IPA(key): /ˈbɛ.sə(n)ˌstrœy̯k/ Hyphenation: bes‧sen‧struik <span class="searchmatch">bessenstruik</span> m (plural bessenstruiken, diminutive bessenstruikje n) a berry bush...
bessenstruikje n (plural bessenstruikjes) diminutive of <span class="searchmatch">bessenstruik</span>...
diminutive struikje n) bush, shrub Synonym: heester aalbessenstruik <span class="searchmatch">bessenstruik</span> braamstruik rozenstruik Struikberg struikeik struikfruit struikgewas...
berenmuts berenpels berentemmer berenvacht berenval berkenboom bessensap <span class="searchmatch">bessenstruik</span> beukenboom beukennoot Beukenstein beurzensnijder bierenbrood biggenkruid...
bees, (dated or regional) bezie aalbes appelbes bessenjenever bessensap <span class="searchmatch">bessenstruik</span> blauwe bes bosbes braambes goudbes jakhalsbes jeneverbes kruisbes lijsterbes...
黑醋栗 (zh) (hēicùlì) Czech: černý rybíz m Dutch: zwarte bes (nl) f, zwarte <span class="searchmatch">bessenstruik</span> m Estonian: mustsõstar, mustsõstrapõõsas Finnish: mustaherukka (fi),...