neme deel (dated or formal) singular present subjunctive of deelnemen deelneem, deelneme, delen mee, meedelen, neem deel...
singular present indicative (in case of inversion) second-person singular present indicative imperative deelneem, deelneme, delen mee, meedelen, neme deel...
deelneme (dated or formal) singular dependent-clause present subjunctive of deelnemen deelneem, delen mee, meedelen, neem deel, neme deel...
deelneem first-person singular dependent-clause present indicative of deelnemen deelneme, delen mee, meedelen, neem deel, neme deel...
mee inflection of meedelen: plural present indicative (dated or formal) plural present subjunctive deelneem, deelneme, meedelen, neem deel, neme deel...
lə(n)] meedelen to communicate, to disseminate (share information) melden meedeling / mededeling deelneem, deelneme, delen mee, neem deel, neme deel...
From deel (“part”) + nemen (“take”). IPA(key): /ˈdeːlneːmə(n)/ Hyphenation: deel‧ne‧men deelnemen (intransitive) to take part, to partake, to participate...
μερικά (el) n pl (meriká) Hindi: कुछ (hi) (kuch) Hungarian: egyes (hu), néhány (hu), némely (hu), némelyik (hu), bizonyos (hu) Interlingua: alcun Irish: roinnt (ga)...