opruime (dated or formal) singular dependent-clause present subjunctive of opruimen ruime op...
in order (transitive) to clear away, eliminate, get rid of opruimer m opruiming opgeruimd staat netjes Afrikaans: opruim → Caribbean Javanese: oprèm,...
Compound of opruiming (“tidying up, clearance”) + -s- + uitverkoop (“sale (at a discount)”). IPA(key): /ˈɔp.rœy̯.mɪŋsˌœy̯t.fər.koːp/, /ˈɔp.rœy̯.mɪŋsˌœy̯t...