From praten + -atief, possibly modelled on English talkative. <span class="searchmatch">pratatief</span> (comparative pratatiever, superlative pratatiefst) (archaic) talkative Synonyms:...
spraakzamer, superlative spraakzaamst) talkative (tending to talk or speak freely or often), talksome Synonyms: praatgraag, (archaic) <span class="searchmatch">pratatief</span> spraakzaamheid...
loquacious, talkative Synonyms: spraakzaam, babbelziek, praatziek, (archaic) <span class="searchmatch">pratatief</span> praatgraag m (plural praatgragen, diminutive praatgraagje n) chatterbox;...
negatief nominatief objectief obsessief offensief pejoratief positief <span class="searchmatch">pratatief</span> radioactief relatief respectief soporatief subjectief surjectief transitief...
negatief and informatief are all not formed using -atief, though they superficially contain it. Dutch terms suffixed with -atief <span class="searchmatch">pratatief</span> verneukeratief...
doesn't want to talk about what happened. adjectives praatgraag praatlustig <span class="searchmatch">pratatief</span> nouns praat praatavond praatbarak praatcafé praatgroep praatpaal praatprogramma...