Noord-Nederland

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord Noord-Nederland. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord Noord-Nederland, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je Noord-Nederland in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord Noord-Nederland is hier. De definitie van het woord Noord-Nederland zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanNoord-Nederland, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • Noord-·Ne·der·land
enkelvoud meervoud
naamwoord Noord-Nederland -
verkleinwoord - -

het Noord-Nederlando

  1. (toponiem) benaming voor een landsdeel dat bestaat uit de Nederlandse provincies Groningen, Friesland en Drenthe
     Allereerst categoriseerden de onderzoekers alle extremistische incidenten in Noord-Nederland tussen 2014 en 2022 die de media of rechtbank haalden.[1]
     Friesland, Groningen, Drenthe en Flevoland beloven zo’n 220.000 extra nieuwe woningen te bouwen, mits de infrastructuur in en naar de provincies verbetert. „Noord-Nederland wil een kwart van de nationale woningbouwopgave voor zijn rekening nemen”, stellen de provincies in een maandag gepresenteerd plan.[2]
  2. (toponiem) benaming voor een groot deel van Nederland ten noorden van de grote rivieren
     In de middeleeuwen vormde de letterkunde van Zuid- en Noord-Nederland één geheel, het culturele zwaartepunt lag daarbij in het zuiden: Limburg, Vlaanderen, Brabant.[3]
  1. Bronlink geraadpleegd op 25 oktober 2024 Weblink bron
    Mark Middel
    “‘Noord-Nederland biedt bodem voor antioverheidsextremisme’” (22 november 2022) op nrc.nl op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 25 oktober 2024 Weblink bron
    Thomas Borst
    “Noordelijke provincies: 220.000 huizen, in ruil voor betere verbinding” (19 april 2021) op nrc.nl op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 25 oktober 2024 Weblink bron
    H.J.M.F. Lodewick
    “Literatuur. Geschiedenis en bloemlezing. Deel 2. Omstreeks 1880 tot heden.”, 22e druk (1968), L.C.G. Malmberg, 's-Hertogenbosch, p. 213 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren op Wikipedia