achteruitboeren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord achteruitboeren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord achteruitboeren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je achteruitboeren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord achteruitboeren is hier. De definitie van het woord achteruitboeren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanachteruitboeren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ach·ter·uit·boe·ren
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
achteruitboeren
boerde achteruit
achteruitgeboerd
zwak -d volledig

achteruitboeren [2]

  1. dat iets slechter gaat dan voorheen in stoffelijke zin
    • “Overigens: echte ontwikkelingssamenwerking is er nog niet. Er is geen ontwikkeling in een groot aantal landen en er is geen samenwerking. Er is pappen en nathouden. Er is crisisbeheersing. Er is voorkomen dat we met zijn allen achteruitboeren. Dat heb ik een paar jaar geleden ook al betoogd voor het Institute of Social Studies in Den Haag, maar dat is toen niet gepubliceerd. Dus als mij wordt gevraagd wat ik vind van de kritiek vorige week van Prins Claus op ontwikkelingshulp, dan zeg ik: hij zegt wat ik een aantal jaar geleden al heb gezegd. Ontwikkelingssamenwerking is nooit alleen maar goed doen. Het gaat op langere termijn ook om verlicht eigenbelang.”[3] 
55 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[4]