afgå

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord afgå. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord afgå, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je afgå in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord afgå is hier. De definitie van het woord afgå zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanafgå, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • af·gå
  • Afleiding van het Deense woord met het voorvoegsel af-
Naar frequentie 51098
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afgå
afgår
afgik
afgået
volledig

afgå

  1. (van het openbaar vervoer) vertrekken (bijv. een bus of trein)
    «Toget afgår om ti minutter.»
    De trein vertrekt over tien minuten.
  2. opsturen, versturen (bijv. een brief)
  3. opstappen, vertrekken, weggaan (bijv. een onderdeel van de militairen)
  4. (militair) inladen, op weg brengen (bijv. een onderdeel van de militairen)
  5. (politiek) aftreden (bijv. een raadslid)
  6. (medisch) verliezen, weggaan (bijv. een slijmprop)
    «Når går vi i Madrid?»
    Wanneer gaan we naar Madrid?