7 Resultaten gevonden voor "agendar".

agendar

agendar a·gen·dar overgankelijk agenderen, op de agenda plaatsen [1] planificar, organizar...


agendando

agendando onvoltooid deelwoord (gerundio) van agendar...


agendado

agendado voltooid deelwoord (participio) van agendar...


agendo

agendo eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agendar IPA: /agɛndɔ/ agen·do agendo vocatief enkelvoud van agenda...


agenda

tegenwoordige tijd (presente) van agendar gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van agendar IPA: /agɛnda/ agen·da Leenwoord...


agendar/vervoeging

het Spaanse werkwoord agendar Infinitief (infinitivo) Voltooid deelwoord (participio) Onvoltooid deelwoord (gerundio) agendar agendado agendando Aantonende...


agenderen

Spaans: agendar (es)...