alleenstaand

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord alleenstaand. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord alleenstaand, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je alleenstaand in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord alleenstaand is hier. De definitie van het woord alleenstaand zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanalleenstaand, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • al·leen·staand
  • hier komt de etymologie van het woord-->
stellend
onverbogen alleenstaand
verbogen alleenstaande
partitief alleenstaands

alleenstaand

  1. zonder partner of gezin
    • Zij was een alleenstaande vrouw. 
  2. zonder aangebouwde buren
     Het was een alleenstaand huisje, met een kleine voortuin.[1]


99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]
  1. Victoria Holt
    “Vlucht van de zeve zwaluwen” (1992), Saga, ISBN 9788726484892
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be