altijdgroen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord altijdgroen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord altijdgroen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je altijdgroen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord altijdgroen is hier. De definitie van het woord altijdgroen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanaltijdgroen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • al·tijd·groen
stellend
onverbogen altijdgroen
verbogen altijdgroene
partitief altijdgroens

altijdgroen

  1. (plantkunde) groen loof dragend dat niet afvalt
    • In het Middellandse Zeegebied komen veel altijdgroene bomen en struiken voor. 
     De grote Aziatische lariks, de altijdgroene Schotse den, de slanke, rechte witte berk, de tot de wolken reikende Koreaanse esp, de geurige Siberische spar, naast de zwarte berk, de eik, de bergiep, de Mantsjoerijse es, Chosenia arbutifolia, de Mongoolse eik — wat ze maar in het oog kregen hakten ze om.[1]
  1. Liu,Cixin
    “Het drielichamen probleem” (2014), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044645798