ambulancier

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord ambulancier. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord ambulancier, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je ambulancier in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord ambulancier is hier. De definitie van het woord ambulancier zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanambulancier, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • am·bu·lan·cier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ambulancier ambulanciers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de ambulancierm

  1. (medisch) (beroep) iemand die als bestuurder van of begeleider in een ziekenauto werkt
    • Een ambulancier van een privébedrijf voor ziekenvervoer heeft vrijdagavond zijn ziekenwagen achtergelaten in Latem in Oost-Vlaanderen terwijl achterin nog een patiënt lag. 
  2. (verouderd) (militair) iemand die gewonden op het slagveld helpt
    • Een warme en genegen groet aan den jongen schrijver, die thans in het Belgisch leger dient als ambulancier! 
Synoniemen

Gangbaarheid

51 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Frans

Uitspraak
Woordafbreking
  • am·bu·lan·cier
Woordherkomst en -opbouw
  enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
mannelijk   ambulancier     le ambulancier     ambulanciers     les ambulanciers  
vrouwelijk   ambulancière     la ambulancière     ambulancières     les ambulancières  

Zelfstandig naamwoord

de ambulancierm

  1. (medisch) (beroep) ambulancier
Overerving en ontlening