balanceren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord balanceren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord balanceren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je balanceren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord balanceren is hier. De definitie van het woord balanceren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbalanceren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
balanceren
  • ba·lan·ce·ren
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘zich in evenwicht houden’ voor het eerst aangetroffen in 1734 [1]
  • Van het Engelse balance of het Franse balancer (met het achtervoegsel -eren) [2] [3]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
balanceren
balanceerde
gebalanceerd
zwak -d volledig

balanceren

  1. inergatief evenwicht behouden om er niet vanaf te vallen
    • De koorddanser balanceerde op een tien meter hoog koord. 
     De ober balanceerde een zilveren dienblad op de vingertoppen van zijn gehandschoende hand.[4]
     Ik wreef mijn klamme handen droog aan mijn korte broek en stak mijn armen en wandelstokken wijd uit om als een trapezeartiest naar de overkant te balanceren, mijn blik geconcentreerd op de overkant.[5]
  2. overgankelijk (techniek) uitbalanceren
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[6]