bedeesdheid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bedeesdheid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bedeesdheid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bedeesdheid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bedeesdheid is hier. De definitie van het woord bedeesdheid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbedeesdheid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • be·deesd·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord bedeesdheid
verkleinwoord

de bedeesdheidv

  1. het weinig assertief zijn; het slecht opkomen voor de eigen belangen
     Blijft de vraag waarom de havengemeenschap de nautische veiligheid niet nadrukkelijker als troefkaart speelt? Die bedeesdheid is vooral veelzeggend over de relatie tussen haven en stad. Hoe het ook zij, de benzine-industrie blijft in de Amsterdamse haven voorlopig 70 procent van de doorvoer bepalen, alle energietransities ten spijt.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 30 december 2021 Weblink bron
    Rob Schoemaker
    “'Brug over het IJ is een slecht idee voor scheepvaart'” (30 oktober 2018), Het Parool