bemoeizucht

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bemoeizucht. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bemoeizucht, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bemoeizucht in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bemoeizucht is hier. De definitie van het woord bemoeizucht zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbemoeizucht, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • be·moei·zucht
enkelvoud meervoud
naamwoord bemoeizucht
verkleinwoord

de bemoeizuchtv / m

  1. (ziekelijke) neiging om zich met iedereen en alles bezig te houden en zo mensen lastig te vallen
    • Het is de vraag of de politiek zich moet lenen voor het beslechten van een fittie tussen ondernemers. Bovendien dringt de VVD hier aan op als regelgeving vermomde bemoeizucht waar detailhandel noch burgers op zitten te wachten. [3] 
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]