concilie

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord concilie. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord concilie, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je concilie in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord concilie is hier. De definitie van het woord concilie zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanconcilie, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • con·ci·lie
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘kerkvergadering’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
  • afgeleid van het Latijnse 'calāre' (samenroepen) met het voorvoegsel con- [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord concilie concilies
conciliën
verkleinwoord - -

het concilieo [3]

  1. vergadering van kerkelijke ambtsdragers, voornamelijk bisschoppen, onder leiding van de paus
76 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[4]


vervoeging van
conciliar

concilie

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van conciliar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van conciliar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van conciliar