Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
deiktisch. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
deiktisch, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
deiktisch in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
deiktisch is hier. De definitie van het woord
deiktisch zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
deiktisch, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
deiktisch
- direct naar iets wijzend
- Leander richt zich waarschijnlijk met een deiktisch gebaar tot het publiek [4]
- (taalkunde) direct verwijzend naar iets in de werkelijkheid, buiten de tekst
- De opmerking van Wittgenstein gaat over de woorden ‘ik’, ‘hier’ en ‘deze’. Die worden gewoonlijk pronomina genoemd, maar het zijn wel speciale pronomina: ze zijn deiktisch en kunnen worden gebruikt om iets aan te wijzen. [5]
12 % |
van de Nederlanders;
|
14 % |
van de Vlamingen.[6]
|
- ↑ "deiktisch" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ 2,0 2,1 deiktisch op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Noozeman, J.(eds. I. Grootegoed e.a.)
Beroyde student en Bedrooge Dronkkaart, of Dronkke-Mans hel. (2004) Stichting Neerlandistiek VU, Amsterdam / Nodus Publikationen, Münster; ISBN 90-72365-84-4; p. 146, n. 76; geraadpleegd 2018-06-10
- ↑
Kerstens, J.
"Taalkunde en poëzie: dichter en boer. Over het vermeende nut van taalkunde voor poëzieanalyse" in: Vooys. jrg. 19 nr. 3 (oktober 2001) Vooys, Utrecht; p. 144, 3.4.5.5.5; geraadpleegd 2018-06-10
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be