doechen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord doechen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord doechen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je doechen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord doechen is hier. De definitie van het woord doechen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandoechen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • doe·chen

de doechenv / m

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) verhoogde ruimte voor de ark in de synagoge
  2. (Jiddisch-Hebreeuws) priesterzegen door de kohaniem (koheen) vanaf die verhoging (Num. 6:22-26)
vervoeging van
doechenen

doechen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doechenen
    • Ik doechen. 
  2. gebiedende wijs van doechenen
    • Doechen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doechenen
    • Doechen je?