doorreis

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord doorreis. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord doorreis, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je doorreis in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord doorreis is hier. De definitie van het woord doorreis zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandoorreis, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • door·reis
enkelvoud meervoud
naamwoord doorreis doorreizen
verkleinwoord

de doorreisv / m

  1. ergens komen tijdens een reis naar wat anders
    • De oom kwam bij ons op visite toen hij op doorreis was naar Amerika. 
     Toch zijn wij er bijzonder aan gehecht, omdat het hier ter plekke naar het leven is geschilderd, toen de vioolvirtuoos op het hoogtepunt van zijn roem in dit hotel verbleef op doorreis naar bijval en furore aan de grote vorstenhoven van Europa.[1]
vervoeging van
doorreizen

doorreis

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorreizen
    • ... dat ik doorreis. 
vervoeging van
doorreizen

doorreis

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorreizen
    • Ik doorreis. 
  2. gebiedende wijs van doorreizen
    • Doorreis! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorreizen
    • Doorreis je? 
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]
  1. “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers op Wikipedia, ISBN 978-90-295-2622-7, p. 15
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be