dummen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord dummen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord dummen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je dummen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord dummen is hier. De definitie van het woord dummen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandummen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • dum·men

dummen

  1. onbepaald (zonder lidwoord) genitief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald (zonder lidwoord) accusatief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald (zonder lidwoord) genitief onzijdig enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald (zonder lidwoord) datief meervoud van dumm

dummen

  1. bepaald genitief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. bepaald datief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. bepaald accusatief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. bepaald genitief vrouwelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. bepaald datief vrouwelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. bepaald genitief onzijdig enkelvoud van dumm

dummen

  1. bepaald datief onzijdig enkelvoud van dumm

dummen

  1. bepaald meervoud van dumm

dummen

  1. onbepaald genitief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald datief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald accusatief mannelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald genitief vrouwelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald datief vrouwelijk enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald genitief onzijdig enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald datief onzijdig enkelvoud van dumm

dummen

  1. onbepaald meervoud van dumm