eenlobbig

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord eenlobbig. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord eenlobbig, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je eenlobbig in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord eenlobbig is hier. De definitie van het woord eenlobbig zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vaneenlobbig, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • een·lob·big
stellend
onverbogen eenlobbig
verbogen eenlobbige
partitief eenlobbigs

eenlobbig [1]

  1. (plantkunde) een zaadlob hebbend
  2. (figuurlijk) simpel, primitief en eenvoudig zijnd
    • U kent het misschien. Twee bedieningspanelen. Het ene heeft één knopje, aan/uit. Het andere tientallen. Het ene heet Man, het andere Vrouw. Of Homme/Femme. Of Man/Woman. In de wereldtalen van het net. De boodschap luidt, al van in de jagersholen: de man is eenlobbig, de vrouw peilloos. [2] 
74 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. De Standaard 13 FEBRUARI 2016 Bernard Dewulf Knop
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be