Geluid: expliciteerden (hulp, bestand) ex·pli·ci·teer·den expliciteerden meervoud verleden tijd van expliciteren Wij expliciteerden. Jullie expliciteerden...
Geluid: expliciteerde (hulp, bestand) ex·pli·ci·teer·de expliciteerde enkelvoud verleden tijd van expliciteren Ik expliciteerde. Jij expliciteerde. Hij...
stamtijd onbepaalde wijs verleden tijd voltooid deelwoord expliciteren expliciteerde geëxpliciteerd zwak -d volledig...
verleden (o.v.t.) expliciteerde expliciteerde expliciteerde expliciteerde expliciteerde expliciteerden expliciteerden expliciteerden toekomend (o.t.t.t...