frei/verbuiging

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord frei/verbuiging. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord frei/verbuiging, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je frei/verbuiging in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord frei/verbuiging is hier. De definitie van het woord frei/verbuiging zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanfrei/verbuiging, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Stellende trap

Sterke verbuiging (zonder lidwoord)

enkelvoud meervoud
Naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief — freier — freie — freies — freie
genitief — freien — freier — freien — freier
datief — freiem — freier — freiem — freien
accusatief — freien — freie — freies — freie



Zwakke verbuiging (met bepaald lidwoord)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord nammwoord
nominatief der freie die freie das freie die freien
genitief des freien der freien des freien der freien
datief dem freien der freien dem freien den freien
accusatief den freien die freie das freie die freien



Gemengde verbuiging (na ein, kein etc.)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief ein freier eine freie ein freies (keine) freien
genitief eines freien einer freien eines freien (keiner) freien
datief einem freien einer freien einem freien (keinen) freien
accusatief einen freien eine freie ein freies (keine) freien



Vergrotende trap

Sterke verbuiging (zonder lidwoord)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief — freierer — freiere — freieres — freiere
genitief — freieren — freierer — freieren — freierer
datief — freierem — freierer — freierem — freieren
accusatief — freieren — freiere — freieres — freiere



Zwakke verbuiging (na bepaald lidwoord)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief der freiere die freiere das freiere die freieren
genitief des freieren der freieren des freieren der freieren
datief dem freieren der freieren dem freieren den freieren
accusatief den freieren die freiere das freiere die freieren



Gemengde verbuiging (na ein, kein etc.)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief ein freierer eine freiere ein freieres (keine) freieren
genitief eines freieren einer freieren eines freieren (keiner) freieren
datief einem freieren einer freieren einem freieren (keinen) freieren
accusatief einen freieren eine freiere ein freieres (keine) freieren



Overtreffende trap

Sterke verbuiging (zonder lidwoord)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief — frei(e)ster — frei(e)ste — frei(e)stes — frei(e)ste
genitief — frei(e)sten — frei(e)ster — frei(e)sten — frei(e)ster
datief — frei(e)stem — frei(e)ster — frei(e)stem — frei(e)sten
accusatief — frei(e)sten — frei(e)ste — frei(e)stes — frei(e)ste



Zwakke verbuiging (na bepaald lidwoord)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief der frei(e)ste die frei(e)ste das frei(e)ste die frei(e)sten
genitief des frei(e)sten der frei(e)sten des frei(e)sten der frei(e)sten
datief dem frei(e)sten der frei(e)sten dem frei(e)sten den frei(e)sten
accusatief den frei(e)sten die frei(e)ste das frei(e)ste die frei(e)sten



Gemengde verbuiging (na ein, kein etc.)

enkelvoud meervoud
naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig alle geslachten
lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord lidwoord naamwoord
nominatief ein frei(e)ster eine frei(e)ste ein frei(e)stes (keine) frei(e)sten
genitief eines frei(e)sten einer frei(e)sten eines frei(e)sten (keiner) frei(e)sten
datief einem frei(e)sten einer frei(e)sten einem frei(e)sten (keinen) frei(e)sten
accusatief einen frei(e)sten eine frei(e)ste ein frei(e)stes (keine) frei(e)sten


Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot