ganzenhoeder

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord ganzenhoeder. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord ganzenhoeder, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je ganzenhoeder in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord ganzenhoeder is hier. De definitie van het woord ganzenhoeder zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanganzenhoeder, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
1. Standbeeld van een ganzenhoeder in Schwetzingen op Wikipedia (nl).
  • gan·zen·hoe·der
enkelvoud meervoud
naamwoord ganzenhoeder ganzenhoeders
verkleinwoord - -

de ganzenhoederm

  1. (landbouw) iemand die waakt over de grote, stevig gebouwde watervogels van een boerderij
     Thijs de ganzenhoeder is een Hongaars volkssprookje waarin een boerenzoon de inhalige, machtsbeluste graaf en gravin te slim af is.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 januari 2025 Weblink bron
    Bregje Boonstra
    “Rode stamplaarzen en geklap op lichaamsdelen” (22 december 1993) op nrc.nl op Wikipedia