grondvest

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord grondvest. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord grondvest, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je grondvest in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord grondvest is hier. De definitie van het woord grondvest zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangrondvest, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grond·vest
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grondvest grondvesten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de grondvestv

  1. (verouderd) (bouwkunde) constructie in de grond die een stevige basis vormt om er een gebouw op te bouwen
      Wy zynder eens geweest; met Iuda is 't gedaen,
    En Sions grondvest grynst mismaeckt den Hemel aen:
    Des Heeren heylighdom ach! ach! 't gaetme aen de zinnen,
    Ter hellen neergezackt is met zyn hooge tinnen.
  2. (verouderd) (figuurlijk) onveranderlijk en onmisbaar uitgangspunt voor verdere activiteit, organisatie of redenering
      Een goede Opvoedinge der Kinderen, is de grondvest der Borgerye, en het wel-wesen van Landen en Staaten.
Opmerkingen
  • Het enkelvoud wordt vanaf de 18e eeuw nauwelijks meer gebruikt, het meervoud is gangbaar gebleven.
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
grondvesten

grondvest

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van grondvesten
  2. gebiedende wijs van grondvesten

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. grondvest op website: Etymologiebank.nl
  3. Bronlink geraadpleegd op 10 november 2020 Weblink bron “Hierusalem verwoest.” (1620), Dirck Pietersz., Amsterdam, p. 2
  4. Bronlink geraadpleegd op 10 november 2020 Weblink bron
    Hendrik Smeeks (ed. P.J. Buijnsters)
    “Beschryvinge van het magtig Koningryk Krinke Kesmes.”, herdruk (1976; 1e druk 1708), W.J. Thieme & Cie, Zutphen, ISBN 90 03 21770 X, p. 157 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren op Wikipedia
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be