hattrick

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hattrick. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hattrick, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hattrick in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hattrick is hier. De definitie van het woord hattrick zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhattrick, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • hat·trick
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘het maken van drie doelpunten achter elkaar’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1940 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord hattrick hattricks
verkleinwoord

de hattrickm

  1. (sport) (voetbal) drie doelpunten in één wedstrijd gemaakt door één speler
    • Met drie treffers tegen Zwitserland (3-1) was Cristiano Ronaldo weer eens de grote held van Portugal. De 34-jarige sterspeler van Juventus leidde zijn land in Porto met alweer zijn 53e hattrick in zijn schitterende loopbaan naar de finale van de Nations League. Daarin is zondag Nederland of Engeland de tegenstander. [3] 
    • Twee jaar eerder had Nederland op het EK 1988 in Düsseldorf met 3-1 gewonnen van Engeland door een hattrick van Marco van Basten. [4] 
71 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[5]