hockeyvrouw

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hockeyvrouw. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hockeyvrouw, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hockeyvrouw in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hockeyvrouw is hier. De definitie van het woord hockeyvrouw zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhockeyvrouw, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • hoc·key·vrouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hockeyvrouw hockeyvrouwen
verkleinwoord

de hockeyvrouwv

  1. (sport) vrouwelijke hockeyspeler
     De Nederlandse hockeyvrouwen stonden voor de zesde keer op een rij in de olympische finale. Op de vorige Spelen stond Oranje nog onder leiding van Annan, die door de Nederlandse hockeybond werd ontslagen om een ongezond topsportklimaat.[1]
     Paul van Ass is niet langer de bondscoach van de hockeyvrouwen. Dat meldt de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond (KNHB). Na onderling overleg hebben beide partijen besloten om niet verder met elkaar te gaan. Daardoor is de gouden olympische finale vooralsnog de laatste interland geweest voor de bondscoach, die zelf eerder aangaf niet ‘zomaar weg te lopen’.[2]


  1. Bronlink geraadpleegd op 8 oktober 2024 Weblink bron
    Minne Groenstege
    “Hockeysters prolongeren olympische titel na bloedstollende finale tegen China” (9 aug. 2024), Tubantia
  2. Bronlink geraadpleegd op 8 oktober 2024 Weblink bron
    Maarten Elst
    “Paul van Ass verrast: succescoach tekent geen nieuw contract en vertrekt bij hockeyvrouwen” (22-08-2024), Tubantia