Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
hoopvol. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
hoopvol, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
hoopvol in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
hoopvol is hier. De definitie van het woord
hoopvol zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
hoopvol, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
hoopvol
- veel hoop gevend
- ▸ De tafels zijn hoopvol gedekt voor het diner, maar truckersrestaurant Le Mistral straalt een zekere mismoedigheid uit. Een kapotte ruit is vervangen door een houten schot. Op de parkeerplaats ter grootte van een voetbalveld staat een handjevol vrachtwagens.[1]
- Dat de koorts zakte bij het zieke kind was een hoopvol teken voor de heel bezorgde ouders.
- met veel hoop
- ▸ Na een kwartier stopte er een oude gedeukte Toyota met een mollige vrouw voorin, die vroeg waar ik naartoe moest. ‘Naar Casa de Luna,’ antwoordde ik hoopvol. ‘Oh, die lui. Dat zou ik niet doen, dat zijn gevaarlijke aso’s. Echte tokkies.’[2]
100 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[3]
|