hoortoestel

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hoortoestel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hoortoestel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hoortoestel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hoortoestel is hier. De definitie van het woord hoortoestel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhoortoestel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Een hoortoestel
  • hoor·toe·stel
enkelvoud meervoud
naamwoord hoortoestel hoortoestellen
verkleinwoord

het hoortoestelo

  1. apparaat dat slechthorenden helpt bij het waarnemen van geluid
    • Al die schoenenzaken die failliet gaan - voor Specsavers is dat helemaal zo gek nog niet. Op „A1-locaties” in de winkelstraten komen ineens „panden van een mooi formaat” vrij voor de brillen- en hoortoestellenverkoper, zegt topman Remko Berkel. En, niet onbelangrijk, door de malaise in de detailhandel, die tot veel leegstand heeft geleid, valt nu beter te onderhandelen over de huur. „Met lagere huren is het net wat makkelijker om nieuwe winkels te openen.” [2] 
99 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Barbara Rijlaarsdam 16 januari 2017
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be