hoos

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hoos. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hoos, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hoos in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hoos is hier. De definitie van het woord hoos zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhoos, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • hoos
  • In de betekenis van ‘wervelwind als een slurf’ voor het eerst aangetroffen in 1610 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord hoos hozen
verkleinwoord hoosje hoosjes

de hoosv / m

  1. (meteorologie) sterk wervelende wind met soms een slurf
    • De hoos nam allerlei stofdeeltjes de lucht in. 
vervoeging van
hozen

hoos

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hozen
    • Ik hoos. 
  2. gebiedende wijs van hozen
    • Hoos! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hozen
    • Hoos je? 
95 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[3]