10 Resultaten gevonden voor "impregnering".

impregneren

even voor mij impregneren?  impregnatie, impregneerder, impregneerketel, impregneermiddel, impregnering     1.    Het woord impregneren staat in de Woordenlijst...


impregneer

Geluid:  impregneer    (hulp, bestand) im·preg·neer impregneer eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van impregneren Ik impregneer.  gebiedende...


impregnerend

Geluid:  impregnerend    (hulp, bestand) im·preg·ne·rend impregnerend onvoltooid deelwoord van impregneren...


impregnerende

Geluid:  impregnerende    (hulp, bestand) im·preg·ne·ren·de impregnerende verbogen vorm van impregnerend, het onvoltooid deelwoord van impregneren Het woord...


geïmpregneerd

 geïmpregneerd    (hulp, bestand) ge·im·preg·neerd vervoeging van impregneren: de stam met omvoegsel ge- -d geïmpregneerd voltooid deelwoord van impregneren...


impregneert

enkelvoud tegenwoordige tijd van impregneren Jij impregneert.  derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van impregneren Hij impregneert.  (verouderd) gebiedende...


impregnatie

im·preg·na·tie Naamwoord van handeling van impregneren met het achtervoegsel -atie de impregnatie v het impregneren (medisch) het binnendringen van de zaadcel...


impregnar

Bestand bestaat nog niet. Aanmaken? im·preg·nar impregnar overgankelijk impregneren, doordrenken impregnar in: Diccionario de la lengua española, 23e druk...


impregneerde

 impregneerde    (hulp, bestand) im·preg·neer·de impregneerde enkelvoud verleden tijd van impregneren Ik impregneerde.  Jij impregneerde.  Hij, zij, het impregneerde. ...


impregneerden

 impregneerden    (hulp, bestand) im·preg·neer·den impregneerden meervoud verleden tijd van impregneren Wij impregneerden.  Jullie impregneerden.  Zij impregneerden. ...