Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
inboorlinge. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
inboorlinge, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
inboorlinge in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
inboorlinge is hier. De definitie van het woord
inboorlinge zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
inboorlinge, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de inboorlinge v
- vrouw die geboren is in de plaats of het gebied waar ze woont
- ▸ ⧖ 't Was rond 1895 te Westrozebeke. (…) Hij ging daar al lezen (bidden) door het vuur: de wind keerde, en de brand ging niet verder. - Geh. van een bejaarde inboorlinge van Westrozebeke die toen, als kind, in de kerk was en van dien brand alzo heeft horen vertellen.[2]
- (pregnant) (pejoratief) vrouw die behoort tot de oorspronkelijke, minder ontwikkelde bevolking van een gekoloniseerd gebied
- ▸ Uiterlijk verschilt ze niet veel van andere jonge vrouwen in Tokio, behalve dat haar trekken iets geprononceerder zijn en haar huid donkerder. En juist deze kleine verschillen veroorzaken de wijdverbreide discriminatie die de Ainu's tot op heden ondergaan. Op school werd ze gepest omdat ze een „zwarte inboorlinge” zou zijn.[3]