ineenvouwen
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord ineenvouwen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord ineenvouwen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je ineenvouwen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord ineenvouwen is hier. De definitie van het woord ineenvouwen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanineenvouwen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Geluid: ineenvouwen (hulp, bestand)
- IPA: / ɪnˈeɱvɑuwə(n) / (4 lettergrepen)
- in·een·vou·wen
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| ineenvouwen |
vouwde ineen |
ineengevouwen |
| gemengd
zwak -d |
volledig | |
ineenvouwen
- overgankelijk herhaaldelijk samenbuigen
- ▸ Elk gedrukt boek bestaat uit katernen: bundeltjes bladen die ontstaan door het ineenvouwen, in de vouw vastnaaien en opensnijden van een aan weerszijden bedrukt vel.[2]
- ergatief (figuurlijk) kleiner worden, sterk verminderen
- ▸ Maar de winter kwam aan. Franciscus vreesde dat hun moed zou ineenvouwen.[3]
- overgankelijk (van handen) met palmen tegen elkaar houden en de vingers verstrengelen
- ▸ Een onzegbare ontroering deed haar de handen ineenvouwen over het zusterkleed (…)[4]
- Het woord ineenvouwen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Kees Vellekoop e.a. (eds.)“Het Antwerps Liedboek. 87 Melodieën uit ‘Een schoon liedekens-boeck’ van 1544. Deel 2. Commentaar”, 2e druk (1975), Vereniging voor Nederlandse Muziekgeschiedenis, Amsterdam, VIII - ↑ Weblink bron “De harp van Sint Franciscus.” (ca. 1931), Van Kampen, Amsterdam / Van Ditmar, Antwerpen, p. 76
- ↑ Weblink bron Francine Schregel-Onstein“De sproke van Beatrijs.” (1941), A.J.G. Strengholt, Amsterdam, p. 28
