schema
== Nederlands ==
===== Uitspraak =====
Geluid: schema (hulp, bestand)
===== Woordafbreking =====
sche·ma
===== Woordherkomst en -opbouw =====
Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘overzicht’ voor het eerst aangetroffen in 1648
==== Zelfstandig naamwoord ====
het schema o
een goed uitgewerkt plan
We liggen nog aardig op schema.
een grafische weergave van de relaties tussen de onderdelen van een plan, theorie of organisatie
We kunnen de koolstofkringloop is het onderstaande schema weergeven.
===== Hyponiemen =====
===== Afgeleide begrippen =====
schematisme
===== Vertalingen =====
==== Gangbaarheid ====
Het woord schema staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schema" herkend door:
==== Meer informatie ====
Zie Wikipedia voor meer informatie.
==== Verwijzingen ====
== Noors ==
==== Zelfstandig naamwoord ====
schema
verouderde spelling of vorm van skjema
(onbepaalde onzijdige vorm nominatief enkelvoud)
== Zweeds ==
==== Zelfstandig naamwoord ====
schema