Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
jevnlig. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
jevnlig, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
jevnlig in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
jevnlig is hier. De definitie van het woord
jevnlig zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
jevnlig, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Afgeleid van het Noorse bijvoeglijke naamwoord jevn met het achtervoegsel -lig.
jevnlig
- dikwijls, meestal, regelmatig, vaak
- «Jeg besøker mine foreldre jevnlig.»
- Ik bezoek regelmatig mijn ouders.
jevnlig
- dikwijls, vaak
- «Den unge gutten levde med jevnlige overgrep, men fortalte det ikke til noen.»
- De jongen leefde van regelmatige inbreuken, maar vertelde dit nooit tegen iemand.
|
stellend
|
vergrotend
|
overtreffend
|
onbepaald (sterk)
|
m/v enkelvoud
|
jevnlig
|
jevnligere mer jevnlig
|
jevnligst mest jevnlig
|
o enkelvoud
|
jevnlig
|
meervoud
|
jevnlige
|
bepaald (zwak)
|
enkelvoud en meervoud
|
jevnlige
|
jevnligere mer jevnlig
|
jevnligste mest jevnlige
|