juniorentijd

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord juniorentijd. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord juniorentijd, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je juniorentijd in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord juniorentijd is hier. De definitie van het woord juniorentijd zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanjuniorentijd, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ju·ni·o·ren·tijd
enkelvoud meervoud
naamwoord juniorentijd juniorentijden
verkleinwoord

de juniorentijdm

  1. (sport) periode van iemands leven dat men kan meedoen met de klasse van de jongere sporters; de tijd van iemands leven dat iemand nog jong is
     Volgens Tuitert, die Coopmans ook alleen kent uit zijn juniorentijd, is Coopmans niet de man die met de vuist op tafel zal slaan. "Nee, ik denk het niet", zegt Tuitert. "En tussen regels door lees ik dat Kramer ook denkt van niet."[1]
     In het hedendaagse vrouwenpeloton fietst een vergelijkbare alleskunner rond: Pauline Ferrand-Prèvot. Eentje van de overtreffende trap zelfs. Want waar bij het opmerkelijke succesverhaal van Sagan ook de uitslagenlijsten uit zijn juniorentijd erbij gehaald moeten worden, onderscheidde de Française zich in die drie verschillende disciplines ook bij de senioren op mondiaal niveau.[2]


  1. Bronlink geraadpleegd op 11 oktober 2022 Weblink bron “Twijfels over schaatsbondscoach: 'Niet de man die met vuist op tafel slaat'” (Zondag 30 december 2018), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 11 oktober 2022 Weblink bron “Mountainbikers klaar voor WK-start op bekend terrein in Val di Sole” (Zaterdag 28 augustus 2021), NOS