Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
kamwiel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
kamwiel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
kamwiel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
kamwiel is hier. De definitie van het woord
kamwiel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
kamwiel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het kamwiel o
- (wielrennen) het grote tandrad bij de trappers van een fiets
- ▸ Peeters en Demotte krijgen ook gezelschap van de twee federale ministers Alexander De Croo en Pieter De Crem. De Croo rijdt bijna in zijn achtertuin. Ondanks die parcourskennis kwam hij vorig jaar toch ten val, waarbij zijn kamwiel lelijk in zijn onderbeen sneed. De Croo moest verzorgd worden, maar het belette hem toen niet om verder te fietsen.[2]
- ▸ Onze landgenoot kampte met materiaalpech. “Hij had problemen met een kamwiel”, klonk het na afloop in het Belgische kamp. “Daardoor kon hij nooit in zijn ritme komen en draaide zijn wedstrijd al van bij de start in de soep.”[3]
51 % |
van de Nederlanders;
|
74 % |
van de Vlamingen.[4]
|