kompis

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kompis. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kompis, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kompis in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kompis is hier. De definitie van het woord kompis zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankompis, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • kom·pis
Naar frequentie 543
kompis enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     kompis     kompisen     kompisar     kompisarna  
  genitief     kompis     kompisen     kompisar     kompisarna  

kompis, g

  1. (informeel) kameraad, maat, slapie, vriend
    «Min son och hans kompis krävde att de skickar dit poliser som talar svenska.»
    Mijn zoon en zijn vriendje eisten dat ze politieagenten daarhen sturen die Zweeds spreken.
    «Min kompis är överkänslig mot koffein.»
    Mijn vriend is overgevoelig voor cafeïne.

kompis

  1. genitief onbepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van kompis