krak

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord krak. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord krak, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je krak in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord krak is hier. De definitie van het woord krak zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankrak, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • krak
Woordherkomst en -opbouw

Tussenwerpsel

krak

  1. geluid wat ontstaat als iets breekt
    • 'Pap, ik geloof dat ik weet wat een wonder is. Moet je horen: Twee oudjes hadden eens een kipje, en dat kipje heette Stipje. 't Legt een eitje voor de ouden, geen gewoon, maar een gouden. Man sloeg met een bezemsteel, maar het eitje bleef toch heel. Vrouw sloeg met een bezemsteel, maar het eitje bleef toch heel. Toen kwam er een muisje aan, dat ging met zijn staartje slaan, en warempel, dat ging lukken, 't eitje viel in duizend stukken. Eerst huilt hij, dan huilt zij, daarna huilen allebei..: Vader: 'Logisch gezien is het volstrekt absurd. Ze slaan op het eitje, maar het breekt niet, en dan ineens krak! Toch luisteren kinderen al jaren, wat zeg ik, eeuwen, naar dat sprookje als naar een gedicht: 
Afgeleide begrippen
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord krak krakken
verkleinwoord krakje krakjes

Zelfstandig naamwoord

de krakm

  1. een kort scherp geluid zoals men o.a. hoort wanneer sommige voorwerpen breken of dreigen te breken

Werkwoord

vervoeging van
krakken

krak

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van krakken
    • Ik krak. 
  2. gebiedende wijs van krakken
    • Krak! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van krakken
    • Krak je? 

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen