meesttijds

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord meesttijds. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord meesttijds, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je meesttijds in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord meesttijds is hier. De definitie van het woord meesttijds zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmeesttijds, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • meest·tijds

meesttijds

  1. meestal
     Ik laat mij hier meesttijds bij mijn weduwenaam noemen: Etta Palm.[1]
  1. Johanna van Ammers-Küller
    “Tavelinck-trilogie” (1970), Strengholt, ISBN 9060101723