Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
moetje. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
moetje, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
moetje in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
moetje is hier. De definitie van het woord
moetje zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
moetje, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- met het achtervoegsel -je afgeleid van moet zn "dwang", aangetroffen sedert de 17e eeuw, in verschillende spellingen en afleidingen, in de betekenis van zowel letterlijk “verplichting”, alsmede “huwelijk ingegeven door zwangerschap” [1]
- afgeleid van moet zn "kreuk, vlek" met het achtervoegsel -je
- afgeleid van moe zn "moeder" met het achtervoegsel -tje
het moetje o dim. tant.
- (spreektaal) huwelijk ingegeven door een onvoorziene zwangerschap
- De geboorte van hun dochter na zeven maanden liet zien dat het een moetje geweest was.
- (informeel) (schertsend) verplichting, taak ingegeven door onvoorziene omstandigheden (met een toespeling op betekenis 1.)
- ▸ Vindt u het wel leuk om hier te zijn, of is het een moetje? Waarom investeert u niet persoonlijk in het stadion? Waarom was u eerst niet aanwezig en nu ineens wel?[2]
- (spreektaal) (schertsend) samenwerking van partijen, bedrijven e.d. ingegeven door onvoorziene omstandigheden (met een toespeling op betekenis 1.)
1. huwelijk ingegeven door zwangerschap
het moetje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord moet
het moetje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord moe
83 % |
van de Nederlanders;
|
47 % |
van de Vlamingen.[3]
|