nadierlich

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord nadierlich. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord nadierlich, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je nadierlich in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord nadierlich is hier. De definitie van het woord nadierlich zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vannadierlich, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • na·dier·lich
stellend vergrotend overtreffend
nadierlich - - - - - -
sterke
verbuiging
mannelijk
enkelvoud
vrouwelijk
enkelvoud
onzijdig
enkelvoud
meervoud
nominatief nadierlicher nadierlichi nadierlich nadierliche
datief nadierlichem nadierlicher nadierlichem nadierliche
accusatief nadierlicher nadierlichi nadierlich nadierliche
zwakke
verbuiging
mannelijk
enkelvoud
vrouwelijk
enkelvoud
onzijdig
enkelvoud
meervoud
nominatief nadierlich nadierlich nadierlich nadierliche
datief nadierliche nadierliche nadierliche nadierliche
accusatief nadierlich nadierlich nadierlich nadierliche
gemengde
verbuiging
mannelijk
enkelvoud
vrouwelijk
enkelvoud
onzijdig
enkelvoud
meervoud
nominatief nadierlicher nadierlichi nadierlich nadierliche
datief nadierliche nadierliche nadierliche nadierliche
accusatief nadierlicher nadierlichi nadierlich nadierliche

nadierlich

  1. natuurlijk
    «Mei Danksfescht waar gut un nadierlich hawwich zu viel gesse!»
    Mijn oogstfeest was goed en natuurlijk heb ik te veel gegeten.
  2. fysisk
  3. naïef

nadierlich

  1. onbepaald (zonder lidwoord) nominatief en accusatief onzijdig enkelvoud stellende trap van nadierlich

nadierlich

  1. bepaald nominatief en accusatief enkelvoud stellende trap van nadierlich

nadierlich

  1. onbepaald nominatief en accusatief onzijdig enkelvoud stellende trap van nadierlich